Klinkt leuk, maar hoe doen we dat dan?
De emoties die ons het meest in hun greep houden – wrok, angst, ontevredenheid, zelfingenomenheid en ontkenning – zijn vaak precies de emoties die ons blokkeren. Ze sluiten ons hart af. Ze polariseren, trekken een muur op tussen ons en de wereld. Maar wat nog meer blokkeert? Ontkennen wat je voelt.
Emoties vragen niet om een oplossing. Ze vragen om erkenning. Herken wat je voelt. Erken dat het er is.
Durf het echt te voelen en onderzoek waar het vandaan komt. Soms kun je dat niet alleen. En dat is oké. Zoek hulp. Loop er niet voor weg.
Want juist in die diepe lagen van het verleden ligt de sleutel naar bevrijding.
Het is dáár – in dat oude verhaal – waar je leert begrijpen waarom je vandaag zo fel kunt reageren, of waarom je zo'n sterke afkeer hebt van onrecht.
Je leert jezelf begrijpen door te zien wat er toen gebeurd is.
Daar begint het: dicht bij jezelf blijven.
Zolang je de verantwoordelijkheid voor jouw emoties, reacties of keuzes bij een ander legt, blijf je hangen in ontkenning. En dat houdt je gevangen.
Je bevrijding ligt in het aankijken, erkennen en doorvoelen van je waarheid. Voelen is helen.
1: Probeer niet te oordelen over een ander. Wanneer je oordeelt over een ander, oordeel je vaak – zonder het te beseffen – over een deel van jezelf.
De eigenschappen die je in de ander veroordeelt, zijn soms precies die delen van jezelf die je nog niet volledig hebt aangekeken of geaccepteerd. Zie de ander als spiegel.
Kijk hoe die persoon zich manifesteert in het leven, en vraag je af: wat triggert mij hierin?
Vind je iemand hard of bot overkomen? Voel dan eerst wat dat met jou doet, vóór je er een oordeel aan hangt.
Is het echt de ander die hard is, of voel jij je misschien ongemakkelijk bij hun zelfverzekerde houding?
Maakt het je onzeker? Ben je jaloers? Raakt het iets ouds in jou? Zet een stap terug. Adem. Onderzoek.
Wat jij vindt, is niet automatisch de waarheid. Het is jouw waarneming, jouw filter – gevormd door ervaringen, pijn, verlangens.
Door jezelf deze vragen te stellen, groei je. Je verschuift van oordeel naar bewustzijn. Van reactie naar inzicht.
En dat is waar werkelijke vrijheid begint
2: Durf tevreden te zijn met wat je hebt. In een maatschappij waar alles groter, beter, mooier en opvallender moet, is het verleidelijk om mee te gaan in die stroom.
Vooral in de stad – waar mensen dicht op elkaar leven – lijkt het soms wel een onzichtbare competitie.
Een soort stille strijd: Mijn hogedrukreiniger reinigt hoger en drukker dan die van de buurman. Het slaat vaak werkelijk nergens op.
En toch voelen velen die druk. Zelf opgelegd, vaak gevoed door wat we denken dat “de norm” is.
Maar laten we eerlijk zijn: Die buurman? Die boeit het waarschijnlijk geen moer.
Die is bezig met zijn eigen dingen. Dus voor wie doe je het dan?
Voor jezelf? Of voor een versie van jezelf die je denkt te moeten zijn? Die constante vergelijkingsdrang zorgt niet voor groei, maar voor onrust.
Het is een recept voor ontevredenheid. Wees dus kritisch op de druk die je jezelf oplegt.
Misschien is ‘genoeg’ wel precies goed. Misschien ben je allang al oké – zonder de opgevoerde reiniger, auto of gevelplanten op militaire precisie.
3: Stop met het zoeken naar goedkeuring van anderen. Wees content met wie je bent. Je hoeft niets te bewijzen.
Je mag er zijn – precies zoals je nu bent. Laat dat voelen. Laat dat zien. Straal dat uit.
Geliefd zijn voelt heerlijk. Het gevoel erbij te horen, gezien te worden, gewaardeerd te zijn – het werkt als een drug.
Maar net als bij een drug raakt het effect snel uitgewerkt. En voor je het weet wil je meer. Meer bevestiging, meer goedkeuring, meer liefde van buitenaf.
En dan begint het. Je past je aan. Je wringt jezelf in bochten. Je zegt “ja” terwijl je “nee” bedoelt.
Langzaam verlies je de verbinding met wie je werkelijk bent. Tot je op een dag denkt: Waar ben ík gebleven in dit alles?
Weet dit: Jij bent wie je bent. Dat is genoeg.
4: Accepteer en laat het los. Wat je vroeger hebt gedaan, bepaalt niet voor altijd wie je bent. Ja, er zijn dingen misgegaan. Dat is menselijk.
Maar je kunt het verleden niet terugdraaien.
Wat je wél kunt doen, is onderzoeken wat er toen speelde. Wat je nodig had, wat je nog niet wist, en waarom je bepaalde keuzes maakte.
Dat inzicht? Dat is groei. En groeien betekent ook dat je verandert. Dat je ontwikkelt. De “jij” van toen is niet per se de “jij” van nu.
Toch zullen er mensen zijn die je blijven zien als die oude versie. Die je benaderen vanuit wie je wás, niet vanuit wie je geworden bent.
En eerlijk? Die dynamiek wringt. Het trekt je terug, houdt je klein. Soms betekent groeien ook loslaten.
Niet vanuit haat of boosheid – maar vanuit liefde voor jezelf. Zodat je ruimte maakt voor mensen die jou zien zoals je nu bent:
Jij 2.0 – met al je lessen, inzichten en nieuwe richting.
5: Wees flexibel. Ga mee met de stroom van het leven. Laat het idee los dat je alles moet controleren. Blijf niet hangen in je hoofd of in angst – het leven is vallen en opstaan.
Ben je bang geworden om te vallen? Dan leef je in constante angst. En weet je... als je ooit flink gevallen bent, dan snap je hoe spannend het is om weer op te stappen. Maar als je het niet doet, geef je die angst de regie. Dan wordt hij groter en groter. Tot het punt dat je nooit meer durft te fietsen – zonde toch?
Houd genoeg van jezelf om het nog eens te proberen. Je bent al eens gevallen, en kijk: je staat er nog. Je leeft. Je groeit. Dus het komt goed.
Geef ook anderen het voordeel van de twijfel. Wees kalm, behulpzaam en liefdevol – omdat dat is wie jij bent.
Hoe de ander ermee omgaat, is aan hen. Durf te vallen. Want je weet nu: jij mag er zijn. Je bent geweldig zoals je bent.
Laat de toekomst los. Laat verwachtingen los.